Re-integratie en begraven, weer nieuwe discussie?

21 oktober 2020

Voor re-integratie is door de Hoge Raad een duidelijke uitspraak gedaan dat trajecten in principe compensabel zijn omdat hierin het collectief belang prevaleert en niet direct het individuele belang. Wij constateren dat in sommige gevallen een suppletie volstaat waarbij de Belastingdienst nadrukkelijk de suppletie niet inhoudelijk wenst te beoordelen. Wij zien echter ook dat discussie lijkt te ontstaan over de reikwijdte van de individuele verstrekking. De Belastingdienst haalt hiervoor de passage aan uit het arrest waarin staat beschreven dat er negatieve gevolgen voor de uitkeringsgerechtigde aan weigering moet zijn verbonden: ‘’indien die derden volgens de wet verplicht zijn om van de door de compensatiegerechtigde aangeboden goederen of diensten gebruik te maken en de compensatiegerechtigde aan een weigering daaraan mee te werken negatieve gevolgen voor die individuele derden kan verbinden’’.

 

Gelet op de interpretatie van de Belastingdienst van deze zinssnede is het van belang te onderzoeken welke onderdelen van de re-integratiewerkzaamheden tot discussie kunnen leiden en dus een risico zijn in een suppletie verzoek. Houdt er rekening mee dat de Belastingdienst van mening kan zijn dat de btw op opleidingstrajecten niet altijd compensabel is. Dit omdat er niet direct negatieve gevolgen aan een weigering tot medewerking van de uitkeringsgerechtigde aan verbonden zitten. In veel gevallen werken werkzoekenden ook graag mee aan opleidingstrajecten; geeft dit dan ook weer ruimte voor een uitsluitingsgrond van compensabele btw?

Begraven

Voor begraven valt op dat de Belastingdienst ondanks de duidelijke verwijzing naar het Gerechtshof door de Hoge Raad de bezwaren niet wenst aan te houden. Volgens de Belastingdienst is duidelijk uit de uitspraak op te maken dat de activiteiten omtrent begraven vrijgesteld van btw zijn. Daarmee zouden alle kosten die zien op begraven kostprijsverhogend worden. De Hoge Raad heeft echter expliciet gesteld dat grafrechten vrijgesteld zijn en het Gerechtshof dient te toetsen welke activiteiten op begraafplaatsen als economische prestatie kwalificeren en welke niet. Het doel hiervan is om zo nadere duiding te geven welke activiteiten wel een wettelijke taak zijn en daarmee mogelijk weer compensabel zijn. Veel kosten van de begraafplaats worden gemaakt voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte. Het is de vraag of deze activiteit meegaan in de activiteit van de btw-vrijgestelde grafrechten of een aparte prestatie zijn, welke separaat voor de btw gekwalificeerd moet worden. Vanuit die optiek is het verstandig om nadrukkelijk te proberen de rechten over de oude jaren (nog steeds) veilig te stellen tot nadere uitspraak is gewezen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *